De Syrische Hedil Sheban en haar dochtertje Hennen. |
In een conferentiezaal van de Manner-koekjesfabriek in Wolkersdorf hebben twaalf vluchtelingen taalles. De docente is een gepensioneerde lerares, en ze geeft les met behulp van een Engels-Arabische tolk, zelf ook een vluchteling. Het is hun vierde les en ze leren antwoord te geven op simpele vragen als 'hoe heet je' en 'waar kom je vandaan'. Een ouder echtpaar komt niet veel verder dan de vraag herhalen, maar de zachte g van het Duitse 'Ich' kost iedereen hoorbare moeite. Alleen bij het enige kind in de groep glijdt de klank makkelijk de keel uit. Maar hij gaat dan ook al naar school.
De twaalf behoren tot zes Syrische families die enkele weken geleden in Wolkersdorf arriveerden, de laatste van de 140 asielzoekers in het stadje. Daarmee voldoet Wolkersdorf ruimschoots aan de opvangverplichtingen die iedere Oostenrijkse gemeente heeft. Oostenrijk zag dit jaar honderdduizenden vluchtelingen komen en meestal ook weer gaan. Maar ruim 85000 van hen besloten uiteindelijk om niet door te reizen naar Duitsland, maar asiel aan te vragen in het 8,2 miljoen inwoners tellende Alpenland. Om het opvangprobleem aan te pakken verplichtte de regering in juli iedere gemeente, ook de kleinste dorpen, om minimaal anderhalf procent van de totale bevolking aan vluchtelingen op te nemen.
Het onderdak kan van alles zijn: leegstaande woningen van particulieren, een leegstaande bedrijfshal die wordt omgebouwd of een hotel waarvan de eigenaar toch al wilde stoppen. Heel wat leegstaande gebouwen vonden zo een nieuwe bestemming. De staat betaalt de basiskosten: huur, €5,50 per persoon per dag voor eten en drinken en maandelijks 40 euro zakgeld. Daarnaast krijgt iedereen eenmalig 150 euro kleedgeld en worden de schoolbenodigdheden van leerplichtige kinderen vergoed. De totale vergoeding komt neer op pakweg een derde van het Oostenrijkse bijstandsniveau. Al het andere moet komen van lokale initiatieven.
Uiteraard stonden niet alle gemeenten te juichen. De antibuitenlanderpartij FPÖ dreigde met een nationaal referendum. Maar je moet constateren dat het beleid ondanks dat soort gemor werkt. Meer dan de helft van alle gemeenten heeft inmiddels vluchtelingen opgenomen en dat loopt, dankzij de kleine aantallen, vrijwel overal probleemloos. Het aantal gemeenten dat aan zijn verplichting voldoet, groeit ook dankzij een stok achter de deur die in oktober werd ingevoerd: wie weigert, riskeert dat er alsnog een grootschalig opvangcentrum in de gemeente wordt gebouwd.
Toen in juli de eerste vijftig mensen in Wolkersdorf zouden arriveren, organiseerde de gemeente een voorlichtingsbijeenkomst. “We verwachtten protesten,” zegt Rudolf Rögner van Flüchtlingshilfe Wolkersdorf, “Maar van de 250 belangstellenden protesteerde er één. De rest kwam om te horen wat er ging gebeuren en wilde vooral weten hoe ze konden helpen”.
En helpen doen de Wolkersdorfers. Integratie staat voorop en zo'n dertig vrijwillige docenten zorgen ervoor dat iedereen zo snel mogelijk taalles krijgt. Koekjesfabrikant Manner, een van de grootste werkgevers in het stadje, stelde er graag ruimte voor beschikking. Er zijn gezamenlijke sportactiviteiten, wandelingen en onlangs was er een welkomsfeest.