Met een beetje pech staat in februari het openbaar vervoer in Budapest stil. Niet vanwege stakingen, maar omdat de BKV, het openbaar vervoersbedrijf op de fles dreigt te gaan. De BKV draait al jaren verliesgevend, deels, omdat er vrijwel nergens op de wereld openbaar vervoer bestaat waar geen staatsgeld bij moet, deels omdat het bedrijf gewoon buitengewoon inefficiënt gerund wordt.
|
Metro in Budapest |
Dan heb ik het niet over de infrastructuur, die op zich prima is, zij het dat het materieel soms wel erg oud is, maar over management en personeelsbeleid. Het probleem is dat de regering, die ook moet bezuinigen, dat onder meer wil doen door te besparen op de subsidie van de BKV. Niemand weet of en hoeveel Budapest dit jaar van de staat gaat krijgen om de boel draaiende te houden.
Een wereldstad als Boedapest zonder openbaar vervoer... je kunt je het sociale en economische drama dat daaruit volgt niet voorstellen. Je mag hopen dat het gezond verstand op tijd ingrijpt, maar voorlopig is de hoofdstad op zoek naar noodmaatregelen. En één daarvan is het plan om een autobelasting in te gaan voeren voor het gebruik van de hoofdstedelijke straten. De opbrengst daarvan zou de BKV overeind moeten houden.
En niet zomaar een belasting. Ze willen maar liefst 10.000 forint, pakweg 33 euro, per maand gaan vragen. In een land waar het minimumloon op iets van 90.000 forint ligt, betekent dat iemand met een minimuminkomen in Boedapest dus meer dan 10 procent per maand zou zijn alleen om te mogen rijden.