Aan het pleintje in het centrum van Bodvalenke (zie 'Zigeunercultuur') staan twee kerken, een gereformeerde en een katholieke, recht tegenover elkaar. De katholieke is niet groter dan een kapelletje. Binnen zijn twee rijen met bankjes, waar je met wat moeite met zijn tweeën naast elkaar kunt zitten. Er is voor negentien mensen zitplaats; een gasfles voor de verwarming neemt de twintigste plek in.
De gereformeerde kerk aan de andere kant is een behoorlijk fors gebouw, dat met zijn geschilderde houten betimmering en sobere decoraties binnenin sterk aan Nederlandse gereformeerde godshuizen doet denken. Je kunt er zonder problemen een flink deel van de bevolking van het 200 zielen tellende dorp in kwijt.
Maar als er tijdens een mis twintig man verschijnen, zal het veel zijn, want Bodvalenke telt tegenwoordig minder dan 30 gereformeerde inwoners. De meeste dorpelingen zijn katholiek. De twee kerken zijn stille getuigen van de enorme sociale veranderingen die de afgelopen jaren in het dorpje hebben plaatsgevonden. Binnen enkele decennia hebben gereformeerde Hongaren plaatsgemaakt voor tientallen zigeunergezinnen.
Die veranderde sociale verhoudingen gaan er bij de blanke bevolking maar moeilijk in, vertelt Eszter Pásztor, een Hongaarse vertaalster die zich het lot van de straatarme zigeuners in het dorp heeft aangetrokken. Toen zij in het dorp kwam met ideeën om Bodvalenke toeristisch op de kaart te zetten door er een Roma-cultuurcentrum van de maken, was er bij niet-Roma weinig enthousiasme. Het mocht wel goed zijn voor de werkgelegenheid, maar de plannen waren te zeer een onderstreping van de veranderde situatie in het dorp.
"Een vrouw verhaalt nog steeds nostalgisch over de mooie tijden van vroeger, toen het dorp zo gezellig was en de jongens boven in het koor van de kerk naar de meisjes beneden zaten te lonken. Zulke mooie jongens, zegt ze er altijd bij. Maar ja, haar eigen kinderen zijn ook allemaal weggetrokken. De tijden dat mooie jongens naar haar lonkten, liggen ver achter haar, trouwens" zegt Pásztor.
Dat is het probleem met Bodvalenke, en met de omringende dorpen die dezelfde veranderingen hebben ondergaan: er is niets en het is te ver weg van alles vandaan. Er is geen werk in de buurt, helemaal niets. In Bodvalenke is één Hongaarse boer, die kort na de politieke omwentelingen de meeste landbouwgrond om het dorp wist op te kopen. Daarbuiten zijn het gemeentehuis en de dorpswinkel die halve dagen open is, de enige plaatsen waar misschien een baantje te vergeven is.
Er is geen stromend water, geen gas en geen toekomst in Bodvalenke. Geen wonder dat Hongaarse jongeren massaal zijn weggetrokken naar plaatsen waar meer kansen liggen. Hun huizen gingen voor een habbekrats van de hand, want in een plek zonder toekomst is onroerend goed ook niets waard. En langzaamaan vulden de vervallen, leeggekomen panden zich met zigeunerfamilies die na de val van het socialisme elders hun werk in de staal- en textielindustrie of in de mijnbouw kwijt waren geraakt en nu op zoek waren naar een goedkope plek op te leven.
En naarmate er meer Roma komen, trekken niet-Roma versneld weg. "Er zijn inmiddels echt regio's in Oost-Hongarije waar vrijwel uitsluitend nog Roma wonen," aldus Andor Ürmös, hoofd van de afdeling Roma-integratie van het Hongaarse ministerie van sociale zaken en zelf ook Roma.
En die veranderingen gaan vaak gepaard met enorme spanningen. Het is niet toevallig dat juist dit ook de regio is waar de extreem-rechtse Jobbik het snelst groeien. Niet ver van Bodvalenke ligt het 11.000 inwoners tellende Edelény, waar Fidesz-burgmeester Oszkar Molnár aan het roer staat. Molnár, die ook voor Fidesz in het parlement zet, haalde onlangs het landelijke nieuws vanwege zijn beschuldiging dat zwangere zigeunervrouwen expres medicijnen slikken om kinderen met een handicap te baren, zodat ze verzekerd zijn van sociale steun.
Molnár, een wat verlegen ogende, zacht sprekende man, blijkt zijn beschuldiging te baseren op statistieken, waaruit blijkt dat in deze provincie het hoogste aantal gehandicapte kinderen wordt geboren. In hoeverre dat echter te wijten is aan drankgebruik, roken en slecht eten, gezondheidsproblemen die typisch zijn voor de armste onderklasse van de samenleving, en niet aan kwade opzet, dat is een antwoord dat hij schuldig moet blijven.
Maar als je met Molnár verder praat, blijkt de burgemeester simpelweg met vragen te worstelen, waar anderen ook geen antwoord op hebben: hoe los je in een provincie waar de werkloosheid boven de 20 procent is, de problemen op van een doodarme bevolkingsgroep die vrijwel geen opleiding heeft, alleen ongeschoold werk kan doen en vaak de noodzaak van onderwijs voor de kinderen niet inziet. Hoe ga je om met de criminaliteit die bij die armoede hoort? Geen enkele partij, ook Fidesz niet, heeft daar tot nu toe volgens hem een antwoord op. En ook de Jobbik niet, voegt hij toe: "Die roepen makkelijke slogans waar mensen achteraan lopen, maar concrete oplossingen bieden ze niet."
Molnár zoekt het in strengere wetgeving, die ouders dwingt hun kind naar school te sturen en die ook kleine criminaliteit zoals winkeldiefstallen harder aanpakt. Maar Pásztor zoekt de oplossing juist in een positieve aanpak.
"Natuurlijk kun je niet van ieder dorp met veel zigeuners een toeristische trekpleister maken. Maar dat is ook niet het enige dat we hier doen. We hebben een inventarisatie gemaakt van de mogelijkheden die het dorp en de omgeving bieden. We hebben een landbouwkundige laten kijken naar de mogelijkheden om speciale producten te verbouwen, en dit gebied blijkt bij uitstek geschikt om een bepaald soort bijzondere bessen die in de medische industrie worden gebruikt, te planten.
"We hebben gekeken wat voor vaardigheden er onder de mensen zijn, en dan blijken er wel degelijk meer vaardigheden te zijn dan je denkt. Er is een traditionele mandenmaker, een houtsnijder, er zijn een paar mensen die perfect de weg weten door het moeras naast het dorp en als gids zouden kunnen dienen voor toeristen. Er zijn mensen die verstand hebben van wilde paddenstoelen en mensen die met paarden kunnen omgaan, en er zijn vrouwen die fantastisch koken. Ik ben ervan overtuigd dat als je op zoek gaat, je in ieder dorp meer mogelijkheden vindt dan je op het eerste gezicht denkt."
In Bodvalenke heeft haar project er in ieder geval toe geleid dat er een voorzichtige toenadering tussen Hongaren en zigeuners plaatsvindt. "De moeder van de enige boer in het dorp wil nu ook graag een fresco op haar huis, en sindsdien begint haar zoon ook toeschietelijker te worden." Als producent van thuisgestookte palinka kan een toeristisch Bodvalenke hem per slot van rekening ook klanten brengen.
1 opmerking:
Dank je wel voor de twee artikelen over Bodvalenke.
Een reactie posten