Markt in Vác: geen euro's aub! |
Europeanen mogen kankeren op de Europese munt die alles duurder maakt, zodra ze toerist worden, omarmen ze de euro innig. Geen gedoe meer met lastig omrekenen en van Rome tot Berlijn weet je meteen of de koffie duurder of juist goedkoper is dan thuis. Helaas: Hongarije is geen lid van de eurozone en zal dat voorlopig niet worden. Maar de Hongaarse forint, met teveel nullen en met kleuren die zich net niet voldoende van elkaar onderscheiden, zorgt vaak voor zoveel verwarring dat veel toeristen er alles voor over hebben om toch in euro’s te betalen.
Hongaarse bedrijven spelen daar handig op in. De marktkoopman in Vác is een uitzondering. Hij krijgt gewoon te zelden toeristen bij zijn kraam. Maar in Boedapest, en ook in de provincie, begint de euro sluipend als betaalmiddel geaccepteerd te worden. Cafés, restaurants en hotels hebben er geen enkele moeite meer mee. Maar een toenemend aantal winkels, supermarkten en zelfs markthandelaren aanvaarden de Europese munt omdat ze weten dat veel toeristen daar het liefste mee betalen. Maar wees gewaarschuwd: aan die zwakte verdienen ze goed.
Het doet een beetje denken aan de jaren na de val van het communisme, toen de Duitse mark en de Amerikaanse dollar in het hele voormalige Oostblok met graagte werden aanvaard. De lokale munteenheden hadden allemaal zo te lijden onder inflatie dat iedereen liever stabiel westerse valuta onder zijn matras stopte dan het plaatselijke geld op een bankrekening te zetten. De mark was zo populair dat zelfs regeringen vaak in die munt rekenden. In 1996 gooide Montenegro zijn dinar er helemaal uit om die officieel door de Duitse munt te vervangen. Toen Duitsland in 2002 op de euro overging, wisselde Montenegro zijn marken ook tegen euro’s in. Nog steeds is de euro daar het officiële betaalmiddel, niet helemaal tot plezier van de Europese Centrale Bank.
Maar hoewel uiteindelijke toetreding tot de euro een voorwaarde voor lidmaatschap van de EU was, heeft Hongarije geen enkele ambitie om de Europese munt daadwerkelijk in te voeren. De regering doet geen enkele poging en de invoeringsdatum is een vaag en steeds weer verschuivend doelwit. In 2013 zei premier Orbán dat Hongarije wat hem betreft de euro pas invoert als het bruto nationaal product per inwoner op 90 procent van het Europese gemiddelde ligt. Het werkelijke cijfer was op dat moment 66 procent.
Afgelopen jaar begon de Nationale Bank met de invoering van nieuwe Hongaarse bankbiljetten. De bedoeling is om alle bestaande ontwerpen te vervangen. Dat doe je ook niet als je denkt dat je over een paar jaar een nieuwe munt gaat invoeren. De inflatie is laag, dus dat is voor de meeste Hongaren momenteel ook geen echte reden om heel erg naar de Europese munt te verlangen.
Toeristen die per se in euro’s willen betalen, betalen voor die luxe dan ook een behoorlijke prijs. Bedrijven stellen hun eigen wisselkoers vast, en als stelregel geldt min of meer: hoe meer toeristischer de zaak, hoe slechter de koers. Wie in euro’s wil betalen bij banketbakker Gerbeaud, een bedrijf dat vermeld wordt in iedere toeristengids, is al snel vijftien procent duurder uit zijn dan degenen die de moeite hebben genomen om bij de bank geld te wisselen. Al moet je zelfs daarmee uitkijken, want ook de banken maken gebruik van de innige band van toeristen met de euro. Wie forinten pint, krijgt tegenwoordig vaak de vraag of hij dat bedrag door de Hongaarse bank meteen naar euro’s verrekend wil zien. Dat lijkt wel zo veilig, want anders weet je nooit hoeveel je uiteindelijk moet afrekenen.. Maar die zekerheid heeft een prijskaartje, want voor die service berekenen Hongaarse banken pakweg vijf procent provisie. Ze staan daar trouwens niet alleen in. Turkse banken doen precies hetzelfde. Hebben die mopperaars toch gelijk: de euro maakt alles inderdaad duurder.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten