“Als we niet meer kinderen krijgen, blijven er slechts twee oplossingen, klonen en migratie. Mijn overtuiging is dat we niet op migratie moeten vertrouwen. In West-Europa is al duidelijk dat dat tot problemen voert. Voor het voortbestaan van onze samenleving en onze hele civilisatie is het van groot belang dat we voldoende eigen voortplanting hebben,” aldus de Hongaarse premier Viktor Orbán afgelopen vrijdag bij de opening van de informele ministersbijeenkomst over Europese demografische ontwikkelingen.
Hongarije heeft familiepolitiek in Europa tot een van de speerpunten van zijn EU-voorzitterschap gemaakt, en niet toevallig: het land behoort tot een van de zes EU-landen die hun bevolking zien krimpen. Vorig jaar daalde het aantal inwoners tot onder de magische grens van tien miljoen en als zich jaarlijks geen tienduizenden Hongaren uit de buurlanden in Hongarije zouden vestigen, zou die grens al veel eerder zijn bereikt.
Volgens Orbán, zelf vader van vijf kinderen, staan de Europese economie, de concurrentiekracht en de hele Europese beschaving op het spel als Europa er niet in slaagt zijn autochtone bevolking te overtuigen om meer kinderen te krijgen. Als de huidige Hongaarse trend zich voortzet, krimpt de bevolking in 40 jaar tot vijf á zes miljoen, vooral bejaarden. “Binnen 100 jaar kunnen we uit de geschiedenis verdwenen zijn,” vat István Majoros, voorzitter van een vereniging die zich sterk maakt voor de Hongaarse familie, de Hongaarse angst samen.
Een van Orbáns eerste daden was de herinvoering van het driejarige zwangerschapsverlof dat de vorige regering tot twee jaar had verkort. Wie kinderen heeft, betaalt in Hongarije sinds 1 januari minder belasting. Van oudsher al krijgen families forse kortingen in het openbaar vervoer, musea en bij culturele manifestaties. Als klap op de vuurpijl krijgt families straks extra bescherming in de nieuwe grondwet die in de maak is.
In die grondwet wil Orbán zijn hele familiepolitiek vastleggen, met het uitdrukkelijke bedoeling dat toekomstige regeringen dat beleid niet zomaar meer kunnen veranderen. Het gezin wordt grondwettelijk de hoeksteen van de Hongaarse samenleving. Bovendien komt er een grondwettelijke bescherming van de foetus vanaf de conceptie.
Hoewel wordt ontkend dat daarmee een verscherping van de Hongaarse abortuswet wordt ingeluid, vrezen critici dat wel degelijk de bedoeling is. De KDMP, de kleine christelijke coalitiepartner in de Hongaarse regering, is uitdrukkelijk voorstander van een abortusverbod. En een bisschop van de Hongaarse Katholieke Kerk meende afgelopen week in het kader van de ‘Europa voor de familie’ dat er met jongeren openlijk gepraat moet worden “over de geestelijke en fysieke schade en de onomkeerbare gezondheidsproblemen” die abortus teweegbrengt.
Maar volgens Orbán gaat het er vooral om omstandigheden te creëren waarin jongeren kiezen voor een groter gezin. Hongaarse moeders, inclusief zijn eigen vrouw, hebben grote problemen om kinderen en werk te combineren, zei hij. Deeltijdbanen zijn vrijwel onbekend en belastingtechnisch onaantrekkelijk, maar de regering praat erover die mogelijkheid aantrekkelijker te maken.
Makkelijk om de Hongaren om te turnen wordt het zeker niet. Hoewel bruidsparen volgens de premier vroeger veel kinderen werd toegewenst, heeft het lage Hongaarse geboortecijfer een lange traditie. Vanwege het erfrecht hielden boeren het in de 19de eeuw het vaak al op één kind om hun bezit niet te versnipperen. Tegenwoordig speelt iets anders mee. “Helaas leven er in de Hongaarse samenleving opvattingen die een negatief beeld schilderen van grote families.”, aldus Katalin Gyurkó, secretaris van de Landelijke Vereniging van Grote Families. Beter gezegd: het zijn vooral zigeuners die veel kinderen krijgen. En daar wil je natuurlijk niet mee worden geassocieerd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten