vrijdag 26 maart 2010

TE WATER

Er is er inmiddels ook één in Rotterdam, en in Engeland schijnen er ook een paar rond te rijden, maar Boedapest was vorige herfst de eerste stad op het Europese continent waar je met een amfibiebus het water in kon. De tocht duurt twee uur en voert eerst (over straat) langs de belangrijkste bezienswaardigheden van Pest, om vervolgens de Donau in te rijden. De duik het water in met de bus is een grappige ervaring, hoewel het haast nog leuker is om de bus van de kant af door het water te zien varen. Eenmaal te water heb je in de bus zelf eerder het gevoel gewoon in een boot te zitten.

De varende koektrommel is een merkwaardig gezicht, maar voordat hij het water in mocht, is er heel wat aan vooraf gegaan. Het heeft initiatiefnemer Gábor Galla meer hoofdbrekens gekost dan hij vooraf had verwacht.
De in Malta gebouwde bus moest zowel voor wegverkeer als voor de vaart worden goedgekeurd. Het voertuig vaart op een waterjetstraal, is voorzien van ankers, aanlegtouwen en radiocommunicatie. De buschauffeur heeft een rij- en vaarbewijs en er vaart zelfs een matroos mee, wiens voornaamste functie zitten in een stoel is.
Galla hoopte zijn bus al voor de zomer te water te laten, maar daarbij had hij buiten de vergunningsprocedure gerekend.
Het leger, de brandweer, de gezondheidsinspectie, je kunt het zo gek niet bedenken of ze moesten toestemming geven. Om de bus het water in te laten rijden, moest hij een afrit naar de Donau bouwen. Daarvoor had hij onder meer vergunningen nodig van de deelgemeente, de gemeente, de rivierautoriteiten en de gezondheidsinspectie, vanwege het riool.
Om de bus in de stad te laten rijden, had hij ondermeer vergunning nodig van de gemeente en de verkeersinspectie, en het bleek helemaal niet simpel om de eisen voor een toerbus en een boot in één voertuig te verenigen. In toerbussen moet je tegenwoordig gordels hebben, op een boot mag dat juist niet. Dat probleem werd opgelost door de bus te kwalificeren als stadsbus, wat betekende dat er een snelheidsbeperking moest worden ingebouwd, want stadsbussen mogen niet sneller dan 70 kilometer per uur kunnen rijden.
Bij een stadsbus moet je ook in geval van nood ook makkelijk kunnen uitstappen, een lastige eis bij een bus die zo hoog is dat je met een soort vliegtuigtrappetje in moet. Dat kun je ingeklemd in het verkeer niet zomaar uitklappen. Een aparte noodladder bracht de oplossing. En natuurlijk moesten er zwemvesten komen, en nooduitgangen om de boot snel te kunnen verlaten in geval van een ongeluk op het water.
Negen maanden, haast een half miljoen euro en 52 vergunningen later kon Galla het vehikel eindelijk op pad sturen. Typisch Hongaarse bureaucratie? Niet echt. De plannen voor de amfibiebus in Rotterdam stammen al uit 2007. Daar kostte het zoveel moeite de zaak echt te realiseren, dat dat voertuig pas dit voorjaar in gebruik genomen kon worden.
De bus vaart het hele jaar. Alleen als er ijs op de rivier is, wordt de tocht afgelast. ,,Dan raken de waterjets verstopt,'' zegt Galla. In de eerste zes maanden trok de Riverride in Boedapest 10.000 bezoekers, niet slecht voor de winter, vindt hij. Met 20.000 bezoekers in de zomer is de bus volgens hem winstgevend. Rond oud en nieuw was het voertuig permanent volgeboekt. Reserveren is sowieso aanbevolen, vooral in het weekend.
Het voertuig trekt begrijpelijkerwijs altijd enorme belangstelling van voorbijgangers. Hoewel de rondleiding in het Duits en Engels is en de prijs met 7500 forint (pakweg 25 euro) bepaald niet goedkoop, melden zich tot Galla's verrassing ook regelmatig Hongaren aan.
Maar die zijn, zegt hij, eigenlijk vooral in de tewaterlating geïnteresseerd. Om hen tegemoet te komen, was er deze winter iedere middag om vijf uur een speciale Hongaarse tocht, een uur korter en tegen een gereduceerde prijs. Voor toeristen misschien ook interessant: een tochtje over de avondlijke Donau met al zijn verlichting is waarschijnlijk de meest romantische busrit die je kunt maken.

Geen opmerkingen: