Met groeiende verbazing volg ik de Nederlandse commotie over de koude, sneeuwrijke winter. Het strooizout op, en stoepen en wegen een grote glibberpartij. Honderden kilometers file. Paniek. Toen ik met kerst in Amsterdam was, stonden de treinen bij luttele centimeters sneeuw stil en kon mijn moeder, die niet goed ter been meer is, eigenlijk de deur niet uit. Ze heeft ten einde raad inmiddels voor het eerst de thuisbezorgdienst van 's lands grootste supermarkt uitgeprobeerd.
Afgelopen weekend viel er bij ons voor de deur 40 centimeter sneeuw. Als het sneeuwt, kun je dat onmiddellijk horen: overal in de buurt halen mensen hun sneeuwschuivers tevoorschijn en maken de stoep schoon. Vaak al terwijl het sneeuwt, dan moet het later weliswaar nog een keer over, maar is het minder werk om de stoep later echt sneeuwvrij te krijgen. Als je maar sneeuw ruimt voor de laag echt is vastgelopen, is het een redelijk simpel karweitje. Daar komt geen strooizout aan te pas.
Vrijwel iedereen doet dat, niet alleen omdat het moet en je een boete kunt krijgen als je het niet doet, maar vooral omdat het zo hoort. Als dank voor het feit dat jij die tien meter voor je huis of je winkel sneeuwvrij houdt, houden alle anderen hun tien meter sneeuwvrij en heb je dus een stoep waar iedereen veilig over kan lopen, ook ouderen die slecht ter been zijn. Zoiets heet sociaal.
Stedelijke overheden zijn helemaal ingesteld op de winter. Ze zullen ongewijfeld meer strooizout inslaan dan Nederlandse lokale overheden, maar zonder strooizout kom je ook een eind. In Budapest strooit de gemeente ruimhartig. Zodra sneeuw wordt aangekondigd, gaan de oranje strooiwagens overal op pad. Wegen waar een bus rijdt, hebben daarbij voorrang, zodat in ieder geval gegarandeerd is dat het openbaar vervoer het blijft doen als mensen hun eigen auto moeten laten staan. Waar bij moet worden gezegd, dat Hongaarse automobilist veel beter voorbereid is op sneeuw dan zijn Nederlandse collega. Van overheidswege wordt het gebruik van winterbanden in de winter dringend aanbevolen. Wie één keer Nederlanders op hun 'all weather' banden door de sneeuw heeft zien glibberen, begrijpt waarom.
In Vác grijpt de gemeente aanzienlijk minder naar de zoutstrooier. Daar wordt sneeuw vooral geschoven. Ik heb geen idee of dat bewust milieubeleid is, of gewoon goedkoper. Als er veertig centimeter valt, levert dat forse bergen bij elkaar geschoven sneeuw op, maar ook daar valt wat aan te doen.
Dezelfde ploegen die in de herfst de bladeren in de straat komen vegen, staan nu sneeuwhopen weg te scheppen. Ergens buiten de stad is aan de rivier een groot veld waar al die sneeuw in hoge bergen neergekieperd wordt. Een mannetje met een bobcat zou waarschijnlijk het sneller doen, maar dan zouden die mensen wel hun baan kwijt zijn. Maar in Nederland hebben we dat soort banen niet eens meer. Enkele eeuwen geleden berichtten reizigers regelmatig met enige verbazing over de Nederlandse manie om stoepen te vegen. Da's inmiddels duidelijk voorbij.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten