Nu herinner ik me uit het begin van de jaren negentig ook daklozen, maar of het er meer of minder waren dan nu, daar durf ik niets over te zeggen. Maar het daklozenprobleem blijkt al veel ouder te zijn dan de

Een deel van die mensen had wel een woning, maar die zover van hun arbeidsplaats vandaan dat ze hun familie thuis moesten achterlaten. Echt dakloos waren ze weliswaar niet, maar het scheelde niet veel. Dat was een van de prijskaartjes was die aan de socialistische garantie op een baan hing. Je had immers niet alleen een werkgarantie, maar ook een werkverplichting. En als je in eigen dorp of direct in de buurt geen baan kon vinden, was een baan ver van huis en een leven in een arbeidershotel de enige oplossing.
Volgens diezelfde volkstelling waren er in 1980 ook nog eens 30.000 mensen die in een garage, hut of grot leefden. Een deel van hen had ook een baan, hoewel in deze groep ook mensen waar zelfs het socialisme geen raad mee wist. In de jaren daarna zou het daklozenprobleem alleen maar toenemen, omdat een aantal arbeidershotels dichtging. Een studie uit 1987 schatte het aantal daklozen op 30.000 tot 60.000, en eind 1989 was er sprake van 45.000 mensen zonder eigen huis.
Ook nu heeft een deel van de daklozen wel degelijk een huis, alleen niet op de plaats waar ze leven. Er is nog steeds een groep mensen die uit hun dorp zonder enig perspectief op werk naar de stad trekken in de hoop daar iets te vinden. Bij gebrek aan sociale woningbouw komen ze vaak op straat of op zijn best in een daklozenopvang terecht.
Het idee dat het aantal daklozen is toegenomen komt misschien daardoor dat ze zichtbaarder zijn dan vroeger. Het Maltezer Kruis en andere hulporganisaties hebben bijvoorbeeld dagelijkse soepkeukens op diverse punten in de stad, waar zich rond etenstijd hele menigtes verzamelen, niet alleen daklozen trouwens, maar ook bejaarden die op die manier hun pensioentje oprekken.

Bovendien blijkt de mentale en fysieke toestand van de daklozen te verslechteren. Een veel groter deel van de daklozen dan vroeger heeft psychiatrische problemen of is alcoholist. Dat is ook de groep die zich niet aanmeldt voor de daklozenopvang die Budapest wel degelijk kent. Iedere ncht blijkt een deel van de bedden in die opvang leeg te staan. In het merendeel van de opvangplaats is alcohol verboden, en dat houdt verstokte drinkers buiten de deur en op de straat en in de metrostations.
Overigens is de angst van Hongaren om dakloos te worden niet helemaal irreeel. Eind vorig jaar schatte Miklós Vecsei van het Maltezer Kruis dat zo'n 3 miljoen mensen op de drempel van de dakloosheid leven. Dat cijfer is zeer ruim genomen: Vecsei telde daarbij mee iedereen die een hypotheek op zijn woning heeft, in onderhuur zit of bij familie leeft.
Maar wie een hypotheek heeft en zijn baan kwijtraakt, heeft inderdaad een serieus probleem. Volgens de directeur van een opvanghuis in Budapest melden zich tegenwoordig haast iedere dag wel mensen aan die werkloos zijn geworden en daardoor ook hun huis zijn kwijtgeraakt.